Autohandelaar toont recht op toepassing nultarief bij ICT-leveringen niet aan: BTW nageheven
14 mei 2007
Bij een autohandelaar heeft een onderzoek van de belastingdienst plaatsgevonden over de toepassing van het nultarief wegens intracommunautaire transacties. In plaats van een naheffingsaanslag omzetbelasting ter behoud van rechten op te leggen kwam de belastingdienst overeen met de autohandelaar, dat hij geen beroep zal doen op het verstrijken van de naheffingstermijn. De autohandelaar kreeg daarmee de tijd om te bewijzen, dat het nultarief op de leveringen terecht is toegepast. In dat bewijs slaagde hij niet, zodat de inspecteur alsnog een naheffingsaanslag oplegde. In de procedure voor Hof Leeuwarden beriep de handelaar zich op het verstrijken van de naheffingstermijn en op door de belastingdienst opgewekt vertrouwen, dat niet zou worden nageheven. Hof Leeuwarden wijst die beroepen af. Door de overeenkomst met de fiscus aan te gaan gaf de handelaar het beroep op termijnverstrijking op. Dat blijft ook in de beroepsprocedure gelden. Gezien de overeenkomst mocht hij niet verwachten, dat naheffing achterwege zou blijven, behoudens in het geval dat hij zou bewijzen, dat het nultarief terecht was toegepast. In de procedure beriep hij zich nog op schijntransacties. In het strafrechtelijk onderzoek tegen de handelaar was niet bewezen, dat de handelaar bij schijntransacties was betrokken. Daarom ging het Hof uit van reƫle leveringen, die belast waren met omzetbelasting. De naheffingsaanslag is terecht opgelegd. Terug naar overzichtArchief