Afwijzing verzoek ontbinding arbeidsovereenkomst
12 april 2012
Wanneer een werkgever de arbeidsovereenkomst met een werknemer wil opzeggen, heeft hij daarvoor een vergunning van het UWV nodig. Als een werknemer arbeidsongeschikt is voordat het verzoek om een ontslagvergunning is ingediend en de arbeidsongeschiktheid nog geen twee jaar heeft geduurd, geldt een opzegverbod en kan de arbeidsovereenkomst dus niet worden opgezegd. Dient de werkgever tijdens arbeidsongeschiktheid van een werknemer een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst in bij de kantonrechter, dan zal deze beoordelen of het verzoek samenhangt met een opzegverbod. Is dat niet het geval, dan wordt het verzoek toch in behandeling genomen ondanks de arbeidsongeschiktheid van de werknemer.
In een procedure voor de kantonrechter was een ontbindingsverzoek gebaseerd op bedrijfseconomische redenen en niet op de arbeidsongeschiktheid van de werknemer. De kantonrechter was van oordeel dat er materieel geen verband bestond tussen de arbeidsongeschiktheid en het ontbindingsverzoek. De werkgever was een thuiszorgorganisatie; de werknemer was in dienst als thuishulp. Met ingang van 1 januari 2007 wordt huishoudelijke zorg gefinancierd op basis van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning en niet meer op basis van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Sindsdien wordt door de gemeenten de hulp bij het huishouden via aanbestedingsprocedures geregeld. De werkgever bood bij aanbestedingsprocedures tarieven onder de kostprijs aan. De verliezen die de werkgever daarop leed waren niet te compenseren met andere activiteiten. De werkgever besloot daarop de huishoudelijke zorg te reorganiseren door voor alle werknemers een ontslagvergunning te vragen en hen een nieuw contract tegen een lager salaris te bieden.
Dat aanbod werd in eerste instantie alleen aan arbeidsgeschikte werknemers gedaan. Voor een arbeidsongeschikte werknemer begon de werkgever een ontslagprocedure bij de kantonrechter. De kantonrechter wees het verzoek om ontbinding af, omdat de functie van de arbeidsongeschikte werknemer niet was vervallen. Er waren naar het oordeel van de kantonrechter onvoldoende gewichtige redenen om de arbeidsovereenkomst te ontbinden.
Terug naar overzicht